Lijn 126 van het RAVeL (netwerk van autovrije paden in België) loopt van Huy naar Ciney en min of meer langs ons logeeradres – een prachtig verbouwd boerderijtje – in Bois-et-Borsu. We halen onze e-bikes uit de tuin en fietsen deze ochtend heuvelop, heuvelaf naar Petit Avin, waar we lijn 126 vinden. Redelijk moeiteloos zoeven we in de richting van Ciney.
Lees verder Een warm onthaalAfdalen en schuiven maar
Kroatië: langs de kust en terug (5)
Onze laatste pleisterplaats in Kroatië is Marušići, een dorp aan de kustweg, ten zuiden van Split. Tegen zessen rijden we het dorp in. ‘Ja, hier links moet je naar beneden,’ wijst Gert even later. Langzaam neem ik de bijna haakse bocht. We hobbelen stapvoets het pad af, in de richting van de zee. Mijn lief speurt ondertussen naar huisnummers. Ik neem nog een haarspeldbocht, en nog een. ‘Hier is nummer 15 al,’ zegt Gert, ‘we zijn nummer 13 voorbij!’ Voor geen goud rijd ik hier achteruit omhoog, dus zeg ik: ‘Ik stap uit en ga wel even kijken.’
Lees verder Afdalen en schuiven maarGrossieren in verlatenheid
Kroatië: langs de kust en terug (4)
De afgelopen dagen zijn we langs de kust verder naar het zuiden gereden. We hebben een nacht in Trogir doorgebracht en een in Dubrovnik. Vandaag is Marusici, een kustdorp ten zuiden van Split, ons einddoel. We gaan er niet rechtstreeks naartoe, maar via Mostar, in Bosnië en Herzegovina.
Lees verder Grossieren in verlatenheidDrukte in een vermoeiend sprookjesdecor
Kroatië: langs de kust en terug (3)
Vandaag zijn we in nationaal park Plitvicemeren. Parkeren moeten we in het bos. Langzaam rijd ik langs het hellende pad omhoog. Steeds hoger moeten we; er is geen parkeerplek te vinden, maar uiteindelijk kunnen we de auto kwijt tussen twee boompjes. We gaan naar de ingang van het park en vanaf daar dalen we – deels via een pad, deels via trappen – af naar de aanleigsteiger van de boot die ons naar de Lower Lakes zal brengen.
Lees verder Drukte in een vermoeiend sprookjesdecorVan azuur- tot marineblauw en alles ertussenin
Kroatië: langs de kust en terug (2)
Gisteren hebben we een bezoek gebracht aan het bergdorp Hum en het prachtig aan zee gelegen stadje Rovinj. Vandaag verlaten we Opatija en zetten we koers naar Novigrad, aan de Dalmatische kust. Zodra we de drukte van de stad en het ernaast gelegen Rijeka achter ons gelaten hebben, vallen we van de ene verbazing in de andere. De kustweg stijgt en daalt door het bergachtige landschap en rechts van ons is er bijna continu de Adriatische Zee die zich in azuur, turquoise en marineblauw op haar mooist toont. Na elke bocht is er wel weer wat prachtigs te zien: een bergketen in de verte, een haventje met loom dobberende boten, een dorp dat zich vastklampt aan een helling die eindigt in het water en altijd weer die vele tinten blauw.
Lees verder Van azuur- tot marineblauw en alles ertusseninBalkons met zeezicht, een amfitheater en een bleekroze salamander
Kroatië: langs de kust en terug (1)
Onze eerste overnachtingsplaats in Kroatië is Opatija. Het appartement dat we er voor drie nachten geboekt hebben, lijkt in niets op het wonderlijke onderkomen van vannacht in Ingolstadt. Het heeft een volledig uitgeruste keuken, een ruime badkamer, een slaapkamer waarnaartoe we geen trap hoeven te bedwingen en geen ‘wintertuin’ maar twee grote balkons met zeezicht. We voelen ons er meteen thuis.
Lees verder Balkons met zeezicht, een amfitheater en een bleekroze salamanderOver een tapbiertje, een doggy bag en sushi
Een aantal jaren geleden vulde ik mijn weekends veelal met schrijven en publiceerde ik regelmatig een nieuwe column. Tegenwoordig ben ik vaak op pad met mijn lief. Zo maken we lange wandelingen, stappen we op de fiets, gaan we uit eten of naar het theater. Van schrijven komt het in de weekends daardoor niet meer. Ik beperk me meestal tot het noteren van een paar steekwoorden, als er weer iets grappigs of opmerkelijks is voorgevallen. En een keer in de zoveel tijd heb ik genoeg aantekeningen voor een column. Over eten buiten de deur, deze keer.
Lees verder Over een tapbiertje, een doggy bag en sushiGlaasje op
We zitten op het bovenste balkon in de koepelkerk. Beneden spelen een pianist en een violiste werken van Ludovico Einaudi. Ik leun voorover en sluit mijn ogen. Gert streelt mijn rug, kippenvel verspreidt zich over mijn hele lijf en het scheelt niet veel of de tranen lopen over mijn wangen. 75 minuten lang dompelen we ons onder in de prachtige muziek en als die voorbij zijn, ben ik zwaar onder de indruk. Hand in hand verlaten we de kerk en strijken we neer op een terras, vlak bij waar die vreselijke brand van een paar weken geleden een gat in de huizenrij aan de Jansstraat geslagen heeft.
Lees verder Glaasje opGewoon een borrel
Bijna twee jaar zijn we samen als Gert zegt: ‘Ik heb zin om een feestje te geven. En dan niet om een speciale reden, maar gewoon, omdat het kan.’ Ik kijk hem aan, ben meteen enthousiast en vraag wat hij precies in gedachten heeft. ‘Nog niks specifieks,’ antwoordt hij, ‘maar ergens volgend jaar, voor wederzijdse familie en vrienden.’
Lees verder Gewoon een borrelHij staat er nog
Totaal verbouwereerd stond ik ergens in maart te kijken naar de plek waar ik mijn e-bike had achtergelaten. De fiets was weg; de insteekketting, waarmee ik mijn vervoermiddel aan een paal had vastgemaakt, lag als stille getuige op de grond. Gelukkig keerde de verzekering het aankoopbedrag snel uit en kon ik een nieuwe e-bike uitzoeken. De insteekketting gebruik ik niet meer. Zo’n ding is dus niet bestand tegen het forceren van een ringslot. Nu gebruik ik standaard twee kettingsloten en ben ik altijd weer opgelucht als ik de felblauwe, gebloemde fietstassen aan mijn bagagedrager zie: hij staat er nog!
Lees verder Hij staat er nog