We hebben Rouen achter ons gelaten en zijn onderweg naar Saint-Valéry-sur-Somme. Omdat ik ontzettend van de zee houd en we tot nu toe nog geen druppel (zee)water gezien hebben, besluiten we richting Dieppe te gaan en vanaf daar zo veel mogelijk langs de kust te rijden.
Vandaag nemen we afscheid van ‘ons’ chateau in Cambrai. We brengen eerst een bezoek aan Thiepval. Nog zeer onder de indruk rijden we verder in de richting van Amiens. We hebben besloten in Frankrijk snelwegen te vermijden en rijden over provinciale wegen, passeren vele dorpjes en genieten van het uitzicht dat alleen maar mooier lijkt te worden.
Sinds gisteren logeren we in een kasteel aan de rand van Cambrai. Nou ja, kasteel … we hebben een kamer in de aanpalende oranjerie, daar waar de eigenaren van de dikke Mercedes, de kanariegele Porsche en de net zo gele Ferrari (wie koopt er nu een géle Ferrari?) níét verblijven.
‘Kun je faxen,’ vraagt de pinnige tante van het uitzendbureau en ik zeg, volkomen naar waarheid, dat ik geen idee heb. Een dag nadat ik op het Rotterdamse notariskantoor begonnen ben, weet ik: faxen is een fluitje van een cent.
We wonen de try-out bij van ‘Airborne 2019’, een muzikaal programma van Vocal Virus Project. De zaal zit al behoorlijk vol, maar er zijn nog een paar lege stoelen, ergens in het midden. We gaan snel zitten en kijken om ons heen. Het publiek bestaat voor een deel uit senioren: oud-militairen die hier op landgoed Bronbeek hun thuis hebben gevonden. Martijn, een van de zangers, heet iedereen welkom en vertelt iets over wat ons te wachten staat. Het eerste lied, gezongen door de voltallige bezetting, kruipt meteen onder mijn huid.
Sinds ik schreef dat mijn dochter van plan was om te emigreren, krijgt ze regelmatig de vraag: ‘Zit jij niet in het buitenland?’ Ze schudt dan haar hoofd en zegt dat de plannen gewijzigd zijn. Toch blijft dat buitenland trekken, niet omdat ze een hekel heeft aan Nederland, maar onder meer vanwege haar fascinatie voor de gebeurtenissen in het eerste kwart van de twintigste eeuw, meer in het bijzonder voor de Eerste Wereldoorlog. Ieper speelde een belangrijke rol in die oorlog. Ruim een eeuw later houdt die stad de herinnering eraan levend door middel van herdenkingen en educatie. Charlotte droomt ervan om iets op dat vlak te gaan doen; ze heeft zich tijdens haar master ‘tourism & culture’ niet voor niets gespecialiseerd in herinneringstoerisme. Ieper stal haar hart tijdens ons eerste bezoek aan die stad. Daarna is ze er nog twee keer geweest.
Veertien zal ik geweest zijn, toen ik op dansles
mocht. De hooggehakte lerares keek misprijzend naar mijn in platte schoenen
gehulde voeten. Maar hoge hakken pasten niet bij mijn leeftijd, noch bij mijn
smaak en ik had maling aan haar afkeurende blikken. Vanaf de allereerste les
danste ik met Marcel. Ondanks het feit dat hij een zeer zwijgzame, houterige jongen
was die niet wist hoe hij moest leiden, viel ik als een blok voor hem. Hij niet
voor mij, overigens en nadat de danslessen voorbij waren, heb ik hem nooit meer
gezien.
2018 was een jaar dat in het teken stond van afscheid nemen, nieuwe wegen, dierenartsbezoekjes, mooie opdrachten (een overvolle agenda) en een eiland. Tijd voor een kort overzicht van het afgelopen jaar én een vooruitblik (want 2019 belooft een bijzonder jaar te worden).
Al zolang ik me kan herinneren, kan ik in haar ogen lezen wat ze voelt, denkt, eigenlijk wil zeggen. En die bevestigen me hoe serieus haar zojuist uitgesproken woorden zijn. Ik heb het zien aankomen, maar me ervoor afgesloten, omdat ik wist hoe erg ik erdoor geraakt zou worden. Ik zou willen dat ik kon zeggen: ‘Het is goed meisje, ga maar,’ maar in plaats daarvan kom ik met een laf ‘uhuh’. Ik ben de weg kwijt en niet zo’n beetje ook. Emigreren. Het woord dendert door mijn hoofd als een onheilspellende mantra die van geen wijken wil weten. Ik haat die negen letters intens. En mezelf een beetje, omdat ik zo radeloos ben, zo niet de moeder die ik zou willen zijn.
Ter gelegenheid van je tachtigste verjaardag schreef ik je vier jaar geleden een brief. Het jaar daarop schreef ik er nog een en beloofde ik dat voortaan voor elke verjaardag te doen. Het kwam er niet van, simpelweg omdat ik het te druk had. Met mezelf, wellicht.