“En jij zei: Hoi, ik ben ‘m dan, die man die jij niet in één couplet vatten kan …”
Gaandeweg ben ik de tel kwijtgeraakt. Ik heb gedatet met een wandelaar die me in marstempo zijn omgeving liet zien, met een leugenaar die me helemaal naar de kust liet rijden, met een zonderling die me culinair in de watten legde, met een praatjesmaker die me een grote bek gaf. Daten werd een langdurig, leerzaam en soms pijnlijk proces dat me regelmatig de moed in de schoenen liet zinken. Toch weigerde ik alle hoop op te geven. Misschien heb ik aldoor geweten dat ik jou zou vinden. En jij mij.
‘Lieverd, waarom zoek je niet eens een leuke vent,’ zegt een van mijn nieuwe collega’s zuchtend tegen me. Ik lach en zeg dat ik het zoeken heb opgegeven. ‘Waarom?’ wil ze weten en ik moet even nadenken over het antwoord op die vraag. Zo zachtjesaan heb ik meer dan genoeg van datingsites; ik kan er een boek over schrijven – of wacht, dat heb ik al gedaan. Het lot lijkt me op liefdesgebied nu eenmaal niet gunstig gezind. Die ene man die ik oprecht ver-schrik-ke-lijk leuk vond, bleek mij best lief te vinden, maar ook niet meer dan dat. Sindsdien ben ik nooit meer een man tegenkomen die ik echt de moeite waard vond. ‘Ach, wie weet bots je vandaag of morgen tegen de man van je dromen aan in de supermarkt,’ lacht mijn collega. Lees verder Flurpen in de supermarkt→
Tom wil een koffiemok van het aanrecht pakken en daarbij raakt zijn linkerarm per ongeluk mijn rechter. Een zoet, tintelend gevoel schiet van mijn vingertoppen naar mijn schouder. Pure elektriciteit, veroorzaakt door een simpele, onbedoelde aanraking. Natuurlijk ben ik expres zo dicht bij hem gaan staan, maar dat kan hij niet weten. Hij heeft geen idee van mijn gevoelens voor hem en ik durf ze niet op te biechten. Ik kan het hem niet zeggen, durf het niet, door omstandigheden die meer dan vriendschap tussen hem en mij in de weg staan.
‘Maar ik ben nog wel getrouwd,’ zegt de man die mij graag beter wil leren kennen. En ik weet meteen dat me nu maar één ding te doen staat. Lees verder Verbleekt tot lichtgrijs→
Overgang. Het woord heeft volgens Van Dale vier betekenissen. Al jaren woon ik aan het spoor, náást een overgang en daar heb ik mee leren leven. Maar nu mijn lijf hormonaal ontspoort, woon ik ook ín een overgang. En daar kan ik maar niet aan wennen.
Toen zij me belde, hoorde ik aan haar stem dat er iets vreselijks was gebeurd. De wereld stopte even met draaien toen ze even later bevestigde wat ik eigenlijk al wist. Twee weken geleden hadden zij en haar man nog samen in de zaal gezeten tijdens ‘Summertime’. Na de show brachten ze me naar huis; we dronken nog wat en daarna zwaaide ik ze uit. ‘Ik vond het heerlijk dat jullie er waren,’ heb ik nog gezegd. Dat ik hem nooit meer in levenden lijve zou zien, kon ik toen nog niet vermoeden. Lees verder Afscheidsrede→