In de hal hangt een windgong waarop ‘please ring’ staat. Aarzelend laat Charlotte haar hand langs de metalen staafjes gaan. Een vriendelijk geklingel weerklinkt, waarop iemand de keukendeur openrukt. Geïrriteerd stapt de gastvrouw de hal in en legt de gong het zwijgen op. Bill volgt haar op de voet, geeft ons een hand en wenst ons een goede reis. Waar hij bij aankomst onze koffer vanaf de straat naar binnen bracht, laat hij ons nu zelf worstelen met de bagage. Beurtelings sleuren we de koffer naar de vijftien minuten verderop geparkeerde Corsa.
‘Kijk nou,’ fluistert ze als Bill de eetkamer verlaten heeft, ‘naast een appel en een mandarijn heb ik nu ook zes druiven!’ ‘Het wordt met de dag luxer,’ gniffel ik. Twee minuten later is Bill terug met koffie en een ei voor mij. Ook nu herhaalt hij de vraag of wij van plan zijn ontbijtgranen te eten. Opnieuw antwoord ik ontkennend. Met de beide bussen onder zijn arm informeert hij waar we vandaag naartoe gaan. ‘We willen naar Elgin,’ zeg ik. Hij beweert dat het er ‘relaxing’ is. Hij aarzelt even en vraagt dan of wij geïnteresseerd zijn in Highland Games. Mannen in kilts die met boomstammen gooien: dat is niet echt aan ons besteed. ‘Ik weet ook niet waar je op dit moment Highland Games kunt bezoeken,’ gaat hij verder. Bill grossiert in non-informatie, rare opvattingen en strenge huisregels.