Kroatië: langs de kust en terug (2)
Gisteren hebben we een bezoek gebracht aan het bergdorp Hum en het prachtig aan zee gelegen stadje Rovinj. Vandaag verlaten we Opatija en zetten we koers naar Novigrad, aan de Dalmatische kust. Zodra we de drukte van de stad en het ernaast gelegen Rijeka achter ons gelaten hebben, vallen we van de ene verbazing in de andere. De kustweg stijgt en daalt door het bergachtige landschap en rechts van ons is er bijna continu de Adriatische Zee die zich in azuur, turquoise en marineblauw op haar mooist toont. Na elke bocht is er wel weer wat prachtigs te zien: een bergketen in de verte, een haventje met loom dobberende boten, een dorp dat zich vastklampt aan een helling die eindigt in het water en altijd weer die vele tinten blauw.
Ter hoogte van Prizna zegt Gert opeens: ‘We kunnen de kustweg blijven volgen, maar we zouden ook de veerboot naar het schierland Pag kunnen nemen.’ Hij kent mijn voorliefde voor varen. Ik reageer meteen met: ‘De boot natuurlijk!’ ‘Dan moet je de volgende afslag nemen,’ zegt mijn lief lachend. Een half uurtje later zijn we op het water. De overtocht duurt niet lang en eenmaal aan de overkant treffen we een soort maanlandschap aan: kale, sterk geërodeerde rotsen zonder begroeiing. Wat ons omringt is van een andere, ruigere schoonheid dan het landschap aan de overkant van het blauw. We pauzeren met een drankje op een terras in de hoofdstad van het schiereiland en rijden dan verder naar Novigrad.
Anderhalf uur later draaien we het erf op van het gebouw waarin ons appartement zich bevindt. Maja, onze gastvrouw, staat al op ons te wachten. Enthousiast neemt ze ons mee naar het terras bij het zwembad met de woorden: ‘Eerst laat ik jullie iets schitterends zien.’ Ze heeft niet overdreven. Novigrad ligt aan een meer dat in rechtstreekse verbinding staat met de Adriatische Zee. Vanaf het terras hebben we een fantastisch uitzicht op het plaatsje dat zich koestert in de avondzon aan de oevers van het blauwgroene meer. Ademloos staan we er een poosje naar te kijken. Terwijl wij ons even later in het koele zwembad laten zakken, reserveert Maja een tafel voor ons in haar favoriete restaurant, beneden in het dorp.
Opgefrist melden we ons een uurtje later in een rokerige ruimte vol mannen die iets te vieren lijken te hebben. Gelukkig hoeven we niet hier aan te schuiven: de restauranteigenaar brengt ons naar het terras met uitzicht over het meer. Terwijl we genieten van een eenvoudige, maar smakelijke maaltijd, gaat de zon onder. Er toek-toek-toekt een vissersbootje voorbij over het water dat langzaamaan verandert van blauwgroen en azuur in marineblauw. ‘Ik krijg maar geen genoeg van al die blauwtinten,’ zeg ik tegen mijn lief. ‘Dat is maar goed ook,’ knipoogt hij, ‘want we gaan er nog veel meer zien, de komende dagen.’






Flesje wijn erbij en jullie zijn ook blauw. 😉
Haha, ja
Kroatie staat ook nog op mijn lijstje! 😉 Leuk om alvast iets te lezen.
Zeer de moeite waard!