Niet iedereen kan zeggen dat hij Paleispark Het Loo als zijn achtertuin kan beschouwen. Hij wel. En hij laat me graag zien hoe prachtig het hier is. We wandelen over een zo goed als verlaten bospad en passeren een bescheiden roedel edelherten. Een ervan houdt ons nauwlettend in de gaten. Met zijn grote, donkere ogen onder een imposant gewei volgt hij onze bewegingen, ook als we even blijven staan om hem te bewonderen. Maar wanneer blijkt dat wij vooral in elkaars ogen verdrinken, verliest hij zijn belangstelling.
Hand in hand lopen we verder, soms even stilhoudend omdat hij me iets wil laten zien, wat wil vertellen over de historie van Het Loo of omdat ik hem een kus wil geven. Of hij mij. Verder wandelen we, in de richting van Kasteel Het Oude Loo. Veel kunnen we er niet van zien; het verschuilt zich achter struikgewas en bomen.
Dan belanden we aan het begin van een lang, door bomen omzoomd pad. In de verte is een gebouwtje zichtbaar. Van dichtbij blijkt de Willemstempel, zoals het genoemd wordt, een wonderlijk bouwsel, opgetrokken uit boomstammetjes. Boven de ingang prijkt een reusachtige W met daarboven een kroon. Binnen doen de glas-in-loodramen iets magisch met het licht. We kijken elkaar aan, betoverd door elkaars nabijheid en de bijzondere sfeer in dit koninklijke bouwwerk.
‘Wacht even,’ fluister ik, als hij me in zijn armen neemt. Er nadert een wat ouder stel over de lange bomenlaan en wij staan precies in hun blikveld. Als twee verliefde pubers wachten we ongeduldig tot het koppel gepasseerd is, de armen om elkaar heen, klaar voor een vorstelijke zoen. Tot onze verbazing en teleurstelling loopt het paar doelbewust op ons af. Ze komen binnen, zeggen gedag en het lijkt hen volkomen te ontgaan dat zij iets bijzonders verstoren. Zij wijst op de glas-in-loodramen, zegt hoe prachtig ze die vindt en haar metgezel bromt instemmend. Van plan om te vertrekken lijken ze ook niet, dus doen wij dat maar.
‘Sommige mensen hebben geen sociale antenne,’ lach ik even verderop. Het is stil in het bos en we zijn weer blijven staan. En dan kussen we elkaar, daar midden op het bospad. We vergeten opnieuw de wereld om ons heen en constateren dat pure magie ook zonder glas-in-lood ontstaat.
Mooie natuur omschrijf je en een mooie plek om elkaar op te vreten. 😉
Haha, inderdaad 😍