Mijn dochter zit op de bank, tegen de pas geschilderde muur, haar laptop op schoot. ‘Kijk dan, hoe mooi!’ zegt ze, verheugd wijzend naar een afbeelding van een bijzettafeltje. ‘Zet maar op je lijstje,’ antwoord ik lachend. ‘Maar we moeten ook nog pannen hebben, een bed, een tafel en stoelen,’ zucht ze, waarna ze me stralend aankijkt.
Sinds het begin van de coronacrisis is ons leven aan het veranderen. In maart moesten we afscheid nemen van onze geliefde Cato. Omdat haar nagels overal in huis hun sporen hadden achtergelaten en de woonkamer aan een serieuze opknapbeurt toe was, besloot ik tot rigoureuze maatregelen. Het oude wandmeubel werd opgehaald en ik verkocht de gigantische geluidsboxen. Ik liet de tv-aansluiting verplaatsen en de muren en het houtwerk schilderen. Over een week of wat komen de nieuwe bank en kast pas, maar het voelt nu al of ik een nieuw huis heb. Toch staat de belangrijkste verandering me nog te wachten.
Twee jaar geleden schreef ik: ‘Ze heeft haar hart aan de andere kant van het zoute water verloren en wil het achterna.’ Ik was er ondersteboven van, moest tot mijn schaamte bekennen dat ik het al erg genoeg vond dat we na 23 jaar onder een dak wonen afscheid van elkaar moesten gaan nemen. Dat ze dan ook nog op grote (en met een korte vliegreis of per auto en veerboten te overbruggen) afstand zou gaan wonen, maakte mijn ontroostbaarheid alleen maar groter.
Krap een jaar later slaakte ik stiekem een zucht van opluchting: om diverse redenen ging ze uiteindelijk niet naar Ierland; haar vriend zou in plaats daarvan op termijn naar Nederland komen. Tot het zover was, reisden ze regelmatig heen en weer tussen onze woonplaats en die van hem, aan de andere kant van het water. Maar Covid-19 haalde een dikke streep door hun pendelplannen en maakte het nog ingewikkelder om er een langeafstandsrelatie op na te houden. Zij miste hem. En hij haar. Het brak mijn hart om te merken hoeveel verdriet het haar deed dat hij er niet bij was toen we afscheid moesten nemen van Cato, dat hij er niet kon zijn op haar verjaardag en dat ze elkaar niet konden bezoeken wanneer ze daar behoefte aan hadden.
Hoewel alles maandenlang tegenzat, keerde het tij een paar weken geleden. Het zag ernaar uit dat haar vriend in de zomer naar Nederland zou kunnen komen. Ze vond na heel lang en intensief zoeken een prachtige loft in een dorp even verderop. Tot ze hem weer in haar armen kan sluiten, gaat ze hun nieuwe zolderverdieping schoonmaken, inrichten en (zich) voorbereiden op haar nieuwe leven met hem.
Ik kijk naar mijn dochter, terwijl ze door stoelen, tafels, bedden en woonaccessoires scrolt en besef hoeveel er veranderd is en nog gaat veranderen. Tegelijkertijd realiseer ik me opnieuw dat zij een kwart eeuw mijn anker is geweest en ik het hare en dat dát nooit zal veranderen. Hoe ver weg of dichtbij ze ook mag zijn. Het is goed meisje, denk ik. Ga maar.
Wat een mooi, liefdevol proces van loslaten omschrijf je, Christien. Ik voel met je mee?
Bedankt, Hilde ?
Veel geluk gewenst voor je dochter en haar vriend en wat fijn dat jullie geen verre reis hoeven te maken om elkaar te zien, Christien. Mooi verwoord.
Dankjewel, Jannie, mede namens mijn dochter.
Wat beschrijf je het proces van los (moeten) laten mooi, Christien! Ja dat is in het leven een steeds terugkerend gegeven. Maar zo’n enige dochter!, Moeilijk hoor.
Charlotte jij heel veel geluk met je vriend!
En Christien: hou je haaks! ? en liefs!
Dankjewel voor je mooie woorden, Nel.