De laatste mevrouw Fontein verscheen op 28 juni. Dat is exact zes weken geleden. Zes weken! Hoog tijd dus, voor een nieuwe editie, waarin ik alleen de echte hoogtepunten (en een enkel dieptepunt) van de afgelopen weken belicht.
zaterdag – niet nog eens vierendertig jaar
Ik was zestien toen ik mijn zusjes – de oudste acht en de jongste elf jaar jonger dan ik – meenam naar Burgers’ Zoo in Arnhem. Twee jaar later verliet ik ons ouderlijk huis om de wereld te gaan ontdekken. Daar had ik het nogal druk mee, waardoor het er simpelweg niet meer van kwam om met mijn zussen op stap te gaan. Tot vandaag.
Ter gelegenheid van mijn vijftigste verjaardag nemen mijn zussen me mee naar Sittard, waar we een middag en een avond doorbrengen op verschillende terrassen. We praten wat af en we delen herinneringen aan onze vader van wiens aanwezigheid zij allebei maar zo kort hebben mogen genieten. Om half twee ’s nachts laat de nachtportier van hotel Merici ons binnen, waarna we in onze suite zo goed als meteen in slaap vallen.
Wanneer we de volgende ochtend naar huis rijden, bedenk ik hoe fijn het was en hoe jammer het is dat we dit niet veel vaker gedaan hebben. Ik besef dat onze sociale, huishoudelijke, zakelijke en gezinsverplichtingen weinig ruimte hebben gelaten voor dergelijke uitjes. ‘Misschien moeten we toch eens proberen er jaarlijks tijd voor vrij te maken,’ opper ik voorzichtig, ‘want ik heb geen zin om opnieuw vierendertig jaar te wachten om er met jullie op uit te trekken!’
woensdag – waar ik wakker van lig
Maar liefst 174 schrijvers hebben een verhaal ingezonden voor de schrijfwedstrijd ‘Waar ik wakker van lig’ van Schrijverspunt. Als jurylid wacht mij de taak ze allemaal te beoordelen. Het gemiddelde niveau van de inzendingen ligt dit jaar hoog, maar sommige inzenders hebben een niet zo originele invalshoek gekozen. Ik lees vaak over woelende, piekerende, slapeloze hoofdpersonen en ook wekkers (en dan vooral de cijfers op het display) komen opvallend vaak voorbij. Toch is er vooral veel dat een glimlach op mijn gezicht, kippenvel op mijn armen, prikkende ogen of een brok in mijn keel doet verschijnen. Slechts één verhaal doet het allemaal tegelijk. ‘Lange nachten’, luidt de titel en in het juryrapport schrijf ik: ‘Alleen al de zin: ‘Ik leef in een museum van onvoltooid verliefde tijd.’ Verdriet verpakt in woorden die schrijnen. Prachtig!!! Vooralsnog de onbetwiste winnaar, wat mij betreft.’ Maar wat nu, als de andere juryleden heb niet met me eens zijn, bedenk ik wanneer ik in bed lig. Niet dat ik van plan ben daar wakker van te gaan liggen, maar toch hoop ik écht dat dit verhaal gaat winnen.
PS Op 1 augustus werd bekend dat ook de andere juryleden zeer onder de indruk waren van ‘Lange nachten’. Daarmee is Marc Kerkhofs uitgeroepen tot winnaar van de schrijfwedstrijd!
donderdag – blijven drijven
Was ik net gewend aan mijn nieuwe weekritme, nu gooien de werkdruk en de vakantie van mijn collega roet in het eten. Ik draai extra dagen om af te krijgen wat af moet en vandaag lijkt het nog drukker dan de afgelopen dagen. Mijn collega’s helpen waar ze kunnen, maar toch voelt het alsof ik zwem in een modderpoel: slechts met heel veel moeite een doorzettingsvermogen kom ik vooruit. Mijn bureau ligt vanmiddag bezaaid met papieren die opgeruimd moeten worden en dossiermappen die schreeuwen om opengeslagen te worden. De telefoon rinkelt voortdurend: cliënten die vragen hebben naar aanleiding van de concepten die ik gestuurd heb of die een afspraak willen maken. Dan zet een collega een grote mok verse koffie voor me neer. ‘Ik houd je scherp!’ zegt ze en ik glimlach dankbaar. Dankzij mijn collega’s blijf ik in elk geval drijven in deze tijdelijke modderpoel.
woensdag – vijf keer beet
Zowel op mijn linker- als op mijn rechterbeen heb ik tijdens de columnwandeling een paar kleine wondjes opgelopen. In gedachten pulk ik aan een ervan en het korstje laat spontaan los. Ik bestudeer het aandachtig en zie dan plotseling dat het geen korstje is. Het beweegt! Zonder leesbril kan ik niet vaststellen wat het precies is, maar mijn dochter ziet het meteen. ‘Da’s een teek, mam!’ zegt ze ontsteld. Ik laat haar naar de andere vier wondjes kijken en ze bevestigt wat ik al vreesde: ook daar hebben zich teken in mijn huid verankerd. Ik gruwel ervan. Zij ook. Maar toch haalt ze het jaren geleden aangeschafte tekenpincet tevoorschijn. Vakkundig verwijdert ze de vier monstertjes en bij gebrek aan alcohol om de wondjes te ontsmetten reikt ze me een aangebroken flesje jodium aan: ‘Want dat is beter dan niets. En morgen even de huisarts bellen!’
maandag – preventief slikken
Donderdag heb ik het advies van mijn wijze kind opgevolgd en de huisarts gebeld. De assistente vond dat ik toch maar even langs moest komen, aangezien ‘mijn teken’ me vorige week (veel) meer dan 24 uur gezelschap gehouden hebben. Wanneer ik tegenover de huisarts plaatsneem, geneer ik me een beetje. Op mijn benen is niets meer te zien dan vijf minuscule rode stippen. ‘Nou,’ zegt ze, ‘ik wil toch geen enkel risico nemen. Hier is een recept voor een antibioticakuur.’ Ik schrik. De laatste keer dat ik antibiotica moest slikken ligt me nog vers in het geheugen. Het is al jaren geleden, maar ik herinner me hoe ik verging van de jeuk op niet nader te noemen en nogal ongemakkelijke plaatsen. ‘Deze kuur duurt maar één dag,’ stelt de huisarts me gerust.
Later neem ik de pillen bij de lunch in. Jeuk blijft gelukkig uit en de ziekte van Lyme hopelijk ook, maar dat zal de tijd moeten leren.
zaterdag – strak in de lak
Na jarenlange blootstelling aan weer en wind was het houtwerk van mijn huis aan een schilderbeurt toe. Gisteren heeft Karin van Atelier Artemisia het voorbereidende werk gedaan en sinds vanmorgen tovert ze glanzend, warm geel, diep rood en romig wit op mijn zo geplaagde kozijnen, omlijsting en deuren. We zitten samen wat te drinken en te praten over het ondernemerschap. ‘Ik krijg als vrouwelijke schilder met veel vooroordelen te maken. Mensen vinden het vak blijkbaar niet passen bij een vrouw,’ zegt ze. Ik vertel dat ik op Facebook heb gezet dat mijn huis geschilderd wordt en dat iemand daarop reageerde met: ‘Is de schilder een leuke man?’ Ze gniffelt erom en vraagt wat ik geantwoord heb. ‘Dat je geen leuke man bent, maar een vakvrouw!’ lach ik. Zodra ze vertrokken is, kijk ik tevreden naar haar werk. Ik heb niets te veel gezegd: Karin verstaat haar vak!
Ik was al bang dat de Fontein was opgedroogd maar er gloort hoop. 😉 Leuk even die terugblik naar de zusjes en het dierenpark. Weer met plezier gelezen.
Peter.
Dat opdrogen was slechts van tijdelijke aard, Peter. 🙂
Van harte gefeliciteerd met je vijftigste verjaardag! Fijn dat je zo’n leuke dag gehad hebt met je zussen. Door alle rompslomp van het leven lijkt genieten er vaak bij in te schieten maar daar mogen we niet aan toe geven.
Teken zijn ellendige dingen. Roos heeft er vrij lang last van gehad en is er zelfs voor in het ziekenhuis behandeld. Goed dat je antibiotica gekregen hebt!
Vakwerk betaalt zich altijd uit. Kijk maar naar jouw manier van schrijven 🙂
lieve groet Kakel
Dankjewel voor je felicitatie. En inderdaad vergeten we soms simpelweg te genieten.
Hallo.
Rijkelijk laat, waarvoor mijn excuses, maar ik ben net op jouw website gestoten. Wat je vertelt over je jurering van ‘Waar ik wakker van lig’ van Schrijverspunt heeft me wel even de neus doen krullen, waarvoor dank.
Vele hartelijke groeten vanuit Edegem, België.
Marc Kerkhofs (auteur van ‘Lange Nachten).
Het is niet erg dat een reactie laat komt wanneer het zo’n mooie is. ?