Haastige spoed

Na het eten wandelen mijn dochter en ik nog even naar de supermarkt. Zij heeft nog ingrediënten nodig voor de muffins die ze als ‘welkom-thuis-traktatie’ voor haar vriend wil maken en ik ben tot de conclusie gekomen dat ik nog welgeteld één rol wc-papier in huis heb. We lopen niet snel; het is zelfs nu, acht uur ’s avonds, nog bloedheet. Op de heenweg keuvelen we wat over haar aanstaande verhuizing. Zij en haar vriend hebben een ander appartement weten te bemachtigen. Pure noodzaak, omdat het wonen op hun oude stek plotseling veranderde van niet zo comfortabel naar een enorme uitdaging.

In de supermarkt is het aangenaam koel, dus blijven we er wat langer hangen dan strikt noodzakelijk is. Met ieder een uitgevouwen opvouwbaar boodschappentasje aan de hand wandelen we na een minuut of twintig op ons gemak naar buiten. De hitte valt als een deken over ons heen. We zijn nog geen honderd meter gevorderd, of we horen iemand achter ons heel hard roepen: ‘Sorry!’ Wij kletsen rustig verder, als de betreffende mevrouw herhaalt: ‘Sórry!’ Tegelijkertijd kijken we om. Een graatmager type in hemdje en korte broek is ons tot op enkele meters genaderd en haalt ons dan puffend en hijgend in. Blijkbaar maken we niet genoeg ruimte voor haar sportieve uitbarsting, want ze holt rakelings langs mijn dochter en schreeuwt in het voorbijgaan: ‘Jézus, jóngens!’

Totaal verbouwereerd kijken we haar na, ons nog niet echt bewust van wat er zojuist gebeurde. Van verbazing zijn we stil blijven staan. Mevrouw verdwijnt al rennend uit het zicht. Vrijwel tegelijkertijd herhalen we haar ‘Jézus, jóngens!’ en schieten dan in de lach. Van wielrenners zijn we dit ‘ik-moet-erlangs-gedrag’ met bijbehorend geroep wel gewend, maar nog nooit had ik een aanvaring met een fietsloze sporter. De stoep in een winkelstraat is ook niet echt de uitgelezen plek voor extreme sportiviteit, lijkt mij. En dat in die hitte!

Plotseling moet ik ontzettend nodig plassen. ‘Kom, snel doorlopen,’ maan ik mijn dochter. Zij schudt haar hoofd: het is veel te warm om snel te lopen. ‘Ik knap zo meteen,’ voeg ik eraan toe. En omdat ze mij langer kent dan vandaag, begrijpt ze dat het me menens is. Sneller dan me, gezien de warmte, lief is, lopen we naar huis. Voor ons loopt een man achter een rollator zijn hondje uit te laten. Snel gaat dat niet, maar ik heb niet de geringste behoefte iets van ‘Jézus, man!’ naar hem te roepen en rakelings langs hem te scheren. In plaats daarvan groet ik hem vriendelijk in het voorbijgaan.

Thuis snel ik naar de wc. Pas als ik daar aangekomen ben, besef ik dat het wandelingetje-met-bijna-brokken me niet eens heeft opgeleverd waar het om begonnen was. Gelukkig heb ik nog één onaangebroken rol.

2 gedachten over “Haastige spoed”

  1. Stuur gewoon je dochter even voor een pak rollen? 😉
    Ik zag die puffende hijgster al voorbij strompelen. Beeldend geschreven.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.