Een leuke kleurtje en een (toch niet zo) ernstige probleem

‘Issun leuke kleurtje!’ zegt de jongen vriendelijk. Ik knik. Na tien jaar ben ik nog steeds blij met dat wonderlijke geelgroen van mijn Ka. Dan kijkt de knul me streng aan: ‘De sterretjes heb ik gerepareerd, maar er is wel een ernstige probleem met uw voorruit.’ Ik kijk, maar zie niets bijzonders. Wat niet zo gek is, want ik heb natuurlijk de ballen verstand van autoruiten. Hij gebaart nog maar eens in de richting van de ruit en vraagt of ik het echt niet zie. Ik schud van nee, enigszins gegeneerd omdat ik me plotseling een beetje dom voel. Wat kan er nu zo problematisch zijn aan dat stuk glas waar ik al bijna tien jaar vrijwel dagelijks langdurig doorheenkijk. ‘Die coating is niet goed!’ zegt hij ernstig. ‘Het moet een groene gloedje hebben, maar uw voorruit heeft een blauwe.’ Ik ben beslist niet kleurenblind, maar zie echt geen gloed. Ook geen kleintje. Laat staan in een bepaalde kleur. ‘En kijk daarom,’ wijst hij vervolgens, ‘zitten er allemaal regenboogjes in het glas. En dat is lastig voor als de zon gaat schijnen, want dan gaat dat allemaal in uw ogen springen. Ik denk dat ze dat niet goed gedaan hebben, met die coating tussen de lagen.’

Ik snap niets van zijn betoog en zeg dat ik al tien jaar in deze auto rijd en nooit last heb gehad van in het oog springende regenboogjes. Hij denkt heel even na en herpakt zich razendsnel: ‘Maar is toch wel slim om die ruit te laten vervangen. Ik denk de coating is beschadigd door de ruitenwissers, als u deze auto al elf jaar hebt. Bijna tien, denk ik, maar ik houd mijn mond. Ik probeer te bedenken of het mogelijk is dat ruitenwissers de coating op een tussenlaag aantasten. Ik denk van niet. Maar ik heb natuurlijk de ballen verstand van autoruiten. En ruitenwissers. Ik volsta daarom met: ‘O.’ Kennelijk is dat een antwoord dat hij niet verwachtte, want hij valt heel even stil en gaat dan verder: ‘Maar ’n nieuwe ruit wordt niet door uw verzekering vergoed.’ Hij kijkt er sip bij, alsof hij het plotseling heel erg naar voor mij vindt dat ik hier zo moet wegrijden met een problematische voorruit. Ik haal mijn schouders op en zeg dat mijn auto eigenlijk aan vervanging toe is, maar dat ik daar het geld nu niet voor heb. Dat brengt de troostende jongeman in hem naar boven. ‘Ach, mevrouw,’ zegt hij, ‘maar dit is toch een hele leuke autootje. Ook zo’n leuke kleurtje! En u rijdt er al elf jaar in, dus u zal er wel aan gewend zijn. Toch? Ik glimlach nog maar eens, geef hem een hand en stap in nadat ik hem bedankt heb voor de service.

Net na de eerste bocht breekt de zon door het grijze wolkendek. Onmiddellijk springen er GEEN regenbogen in mijn ogen. Maar goed ook. Misschien valt het dus wel mee met de coating, de slijtage en de problemen. Bovendien heb ik geen kleur op mijn voorruit nodig: mijn auto heeft al een leuk kleurtje. Een heel leuk kleurtje, vind ik zelf.

Een gedachte over “Een leuke kleurtje en een (toch niet zo) ernstige probleem”

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.